--kanaal ofwel CFTR als inhibitor van eNaC, het epitheliale Na+-kanaal) is het primaire defect bij mucoviscidose een verminderde opname van NaCl, waardoor de vloeistoffilm in de luchtwegen verzout, dan wel een hyperabsorptie van isotoon NaCl waardoor de vloeistoffilm in de luchtwegen uitdroogt. De zouthypothese stelt dat de verzouting van het luchtwegvocht defensines, dit zijn antimicrobiële peptiden in het luchtwegvocht, neutraliseert. Volgens de hydratiehypothese daarentegen resulteert de uitdroging van het luchtwegvocht in een verminderde mucociliaire klaring van bacteriële pathogenen. Deze onzekerheid belemmert uiteraard een goed begrip van de initiële pathofysiologische gebeurtenissen die de basis vormen van de recidiverende longinfecties bij mucoviscidose."/>
--kanaal ofwel CFTR als inhibitor van eNaC, het epitheliale Na+-kanaal) is het primaire defect bij mucoviscidose een verminderde opname van NaCl, waardoor de vloeistoffilm in de luchtwegen verzout, dan wel een hyperabsorptie van isotoon NaCl waardoor de vloeistoffilm in de luchtwegen uitdroogt. De zouthypothese stelt dat de verzouting van het luchtwegvocht defensines, dit zijn antimicrobiële peptiden in het luchtwegvocht, neutraliseert. Volgens de hydratiehypothese daarentegen resulteert de uitdroging van het luchtwegvocht in een verminderde mucociliaire klaring van bacteriële pathogenen. Deze onzekerheid belemmert uiteraard een goed begrip van de initiële pathofysiologische gebeurtenissen die de basis vormen van de recidiverende longinfecties bij mucoviscidose."/>
